→ Moja Lekcja → Оқуды бастаңыз / MP3 флэш-карталарын жүктеу

сұрақ		жауап
upiec оқуды бастаңыз		bakken- bakte- heeft gebakken
smiac sie оқуды бастаңыз		lachen- lachte -heeft gelachen
pranie оқуды бастаңыз		wassen waste heeft gewassen
wczesniej оқуды бастаңыз		vragen- vroeg- heeft gevraagd
dmuchac/wiac оқуды бастаңыз		waaien- waaide / woei- heeft gewaaid
powiedziec оқуды бастаңыз		zeggen zei heeft gezegd
zrozumiec оқуды бастаңыз		begrijpen- begreep- heeft begrepen
okazac sie оқуды бастаңыз		blijken- bleek- is gebleken
zostac оқуды бастаңыз		blijven- bleef -is gebleven
jechac оқуды бастаңыз		drijven -dreef- heeft gedreven
slizgac sie оқуды бастаңыз		glijden- gleed -is gegleden
chwytac оқуды бастаңыз		grijpen- greep- heeft gegrepen
ogladac оқуды бастаңыз		kijken- keek- heeft gekeken
dostac оқуды бастаңыз		krijgen- kreeg- heeft gekregen
cierpiec оқуды бастаңыз		lijden -leed- heeft geleden
wydawac sie оқуды бастаңыз		lijken- leek- heeft geleken
jechac оқуды бастаңыз		rijden- reed -heeft / is gereden
swiecic оқуды бастаңыз		schijnen- scheen- heeft geschenen
pisac оқуды бастаңыз		schrijven- schreef -heeft geschreven
rzucic оқуды бастаңыз		smijten- smeet- heeft gesmeten
rosnac оқуды бастаңыз		stijgen -steeg- heeft / is gestegen
walczyc оқуды бастаңыз		strijden- streed- heeft gestreden
zniknac оқуды бастаңыз		verdwijnen -verdween-is verdwenen
porownanie оқуды бастаңыз		vergelijken- vergeleek- heeft vergeleken
wskazac оқуды бастаңыз		wijzen- wees- heeft gewezen
milczec оқуды бастаңыз		zwijgen- zweeg- heeft gezwegen
oszukiwac оқуды бастаңыз		bedriegen- bedroog -heeft bedrogen
oferowac оқуды бастаңыз		bieden -bood- heeft geboden
cieszyc sie оқуды бастаңыз		genieten- genoot- heeft genoten
wlewac оқуды бастаңыз		gieten- goot -heeft gegoten
wybierac оқуды бастаңыз		kiezen- koos- heeft gekozen
klamac оқуды бастаңыз		liegen- loog -heeft gelogen
strzelac оқуды бастаңыз		schieten -schoot- heeft geschoten
zakazac оқуды бастаңыз		verbieden -verbood- heeft verboden
latac оқуды бастаңыз		vliegen- vloog -heeft / is gevlogen
uklaniac sie оқуды бастаңыз		buigen -boog -heeft gebogen
kapac оқуды бастаңыз		druipen- droop- heeft gedropen
nurkowac оқуды бастаңыз		duiken- dook -heeft / is gedoken
gwizdac оқуды бастаңыз		fluiten- floot- heeft gefloten
pelzac оқуды бастаңыз		kruipen- kroop -heeft gekropen
podkrasc sie оқуды бастаңыз		sluipen- sloop -heeft / is geslopen
zamykac оқуды бастаңыз		sluiten- sloot- heeft gesloten
rozpylac оқуды бастаңыз		spuiten- spoot- heeft gespoten
przeniesc оқуды бастаңыз		bewegen- bewoog -heeft bewogen
golic sie оқуды бастаңыз		scheren - schoor -heeft geschoren
wazyc оқуды бастаңыз		wegen- woog -heeft gewogen
zaczynac оқуды бастаңыз		beginnen- begon -is begonnen
zwiazac оқуды бастаңыз		binden- bond- heeft gebonden
nalegac оқуды бастаңыз		dringen -drong -piheeft gedrongen
pic оқуды бастаңыз		drinken- dronk -heeft gedronken
zmuszac оқуды бастаңыз		dwingen -dwong -heeft gedwongen
wspinac sie оқуды бастаңыз		klimmen- klom -heeft / is geklommen
skurczyc sie оқуды бастаңыз		krimpen- kromp -is gekrompen
przestraszyc оқуды бастаңыз		schrikken- schrok- is geschrokken
skakac оқуды бастаңыз		springen- sprong -heeft / is gesprongen
smierdziec оқуды бастаңыз		stinken -stonk- heeft gestonken
wynalesc оқуды бастаңыз		verzinnen- verzon -heeft verzonnen
uwazac, znalesc оқуды бастаңыз		vinden- vond -heeft gevonden
wygrywac оқуды бастаңыз		winnen -won- heeft gewonnen
spiewac оқуды бастаңыз		zingen -zong -heeft gezongen
przeklinac оқуды бастаңыз		schelden- schold -heeft gescholden
podarowac оқуды бастаңыз		schenken- schonk- heeft geschonken
topic sie оқуды бастаңыз		smelten- smolt -heeft gesmolten
ciagnac оқуды бастаңыз		trekken -trok -heeft / is getrokk
walczyc оқуды бастаңыз		vechten -vocht- heeft gevochten
ukryc sie оқуды бастаңыз		verbergen- verborg -heeft verborgen
wyslac оқуды бастаңыз		zenden -zond- heeft gezonden
plywac оқуды бастаңыз		zwemmen- zwom- heeft / is gezwommen
nosic оқуды бастаңыз		dragen- droeg- heeft gedragen
doswiadczac оқуды бастаңыз		ervaren- ervaarde / ervoer- heeft ervaren
kopac оқуды бастаңыз		graven- groef- heeft gegraven
zeglowanie оқуды бастаңыз		varen- voer / vaarde- heeft / is gevaren
dmuchac оқуды бастаңыз		blazen- blies -heeft geblazen
pozwalac оқуды бастаңыз		laten -liet- heeft gelaten
spac оқуды бастаңыз		slapen- sliep- heeft geslapen
odejsc оқуды бастаңыз		verlaten- verliet -heeft verlaten
upasc оқуды бастаңыз		vallen- viel -is gevallen
powiesic оқуды бастаңыз		hangen- hing- heeft gehangen
zlapac оқуды бастаңыз		vangen- ving- heeft gevangen
chodzic оқуды бастаңыз		lopen- liep- heeft / is gelopen
stac sie оқуды бастаңыз		worden- werd- is geworden
dzwonic оқуды бастаңыз		roepen- riep- heeft geroepen
pomagac оқуды бастаңыз		helpen -hielp- heeft geholpen
umierac оқуды бастаңыз		sterven- stierf- is gestorven
nabywac оқуды бастаңыз		verwerven- verwierf -heeft verworven
rzucac оқуды бастаңыз		werpen- wierp -heeft geworpen
wedrowac оқуды бастаңыз		zwerven- zwierf- heeft gezworven
tworzyc оқуды бастаңыз		scheppen ('creëren') -schiep -heeft geschapen
przysiegac оқуды бастаңыз		zweren - zwoer- heeft gezworen
leczyc оқуды бастаңыз		genezen -genas genazen- heeft genezen
dawac оқуды бастаңыз		geven- gaf gaven -heeft gegeven
czytac оқуды бастаңыз		lezen- las lazen- heeft gelezen
mierzyc оқуды бастаңыз		meten- mat maten- heeft gemeten
kroki оқуды бастаңыз		treden -trad traden -is getreden
zapominac оқуды бастаңыз		vergeten -vergat vergaten -heeft / is vergeten
jesc оқуды бастаңыз		vreten -vrat vraten- heeft gevreten
zlamac оқуды бастаңыз		breken -brak braken- heeft gebroken
brac оқуды бастаңыз		nemen- nam namen- heeft genomen
mowic оқуды бастаңыз		spreken- sprak spraken- heeft gesproken
szwy оқуды бастаңыз		steken- stak staken- heeft gestoken
krasc оқуды бастаңыз		stelen- stal stalen -heeft gestolen
modlic sie оқуды бастаңыз		bidden -bad baden -heeft gebeden
lezec оқуды бастаңыз		liggen -lag lagen- heeft gelegen
usiasc оқуды бастаңыз		zitten -zat zaten- heeft gezeten
przyniesc оқуды бастаңыз		brengen -bracht- heeft gebracht
myslec оқуды бастаңыз		denken- dacht -heeft gedacht
zrobic оқуды бастаңыз		doen -deed -heeft gedaan
jesc оқуды бастаңыз		eten- at/aten- heeft gegeten
pojsc оқуды бастаңыз		gaan- ging- is gegaan
trzymac оқуды бастаңыз		houden- hield -heeft gehouden
przychodzic оқуды бастаңыз		komen -kwam/kwamen- is gekomen
kupic оқуды бастаңыз		kopen- kocht- heeft gekocht
pobic оқуды бастаңыз		slaan- sloeg- heeft geslagen
stanac оқуды бастаңыз		staan -stond- heeft gestaan
stracic оқуды бастаңыз		verliezen- verloor -heeft / is verloren
zrozumiec оқуды бастаңыз		verstaan- verstond- heeft verstaan
zamarzac оқуды бастаңыз		vriezen- vroor- heeft gevroren
wiedziec оқуды бастаңыз		weten- wist -heeft geweten
zobaczyc оқуды бастаңыз		zien- zag/zagen- heeft gezien
szukac оқуды бастаңыз		zoeken -zocht- heeft gezocht
byc/byl оқуды бастаңыз		zijn -was / waren -is geweest

Moja lekcja

Пікір қалдыру үшін жүйеге кіру керек.

көбірек